Fijn! Een dagje strand!

“Kt!” “Sssst…” Harry gaf me een por. Aangezien ik op het moment suprme gewekt werd, wist ik dat ik het hardop geroepen had en wat de aanleiding ervoor was. Niet iets om me in de werkelijkheid tot dergelijke krachttaal te verleiden. Tot mijn schrik zag ik 07.27 uur op de wekker staan. Over drie minuten zou deze aflopen en mijn neefje Rico logeerde bij ons. Ik hoorde hem scharrelen. Zou hij van mij zijn wakker geworden? En als hij al wakker was, dan was het net zo erg want dan had hij het vast en zeker gehoord. Voorzichtig ging ik polsen. “Ik heb net in mijn slaap gepraat. Heb je dat gehoord?” “Nee.” “Oh.” Even later tegen Harry: “Hij heeft het niet gehoord.” Rico werd nieuwsgierig. “Wat zei je dan?” “Oh, niets bijzonders.”

We hadden het plan opgevat om naar het strand te gaan, evenals de rest van Nederland, dus we hadden al zoveel mogelijk klaargezet. We wilden verzekerd zijn van een parkeerplaats niet te ver van het strand. Spullen, honden en neefje werden ingeladen en we konden gaan. Exact om tien uur kwamen we aan en het was al erg druk. We zijn aan n stuk strand gebonden, daar waar honden worden toegelaten. We reden een vrije parkeerplek voorbij, op hoop van zegen dat er dichterbij nog wat was. Helaas. We reden de overvolle parkeerplaats op, die halverwege geblokkeerd werd door een vrachtwagen. Ik moest in z’n achteruit terug, door de smalle tunnel van auto’s links en rechts, met overal lopende mensen, achteruit omhoog, daarmee de hoopvolle parkeerders achter mij terugdringend. Toen de missie geslaagd was stond het zweet op mijn voorhoofd en dat was niet van de hitte. Terugrijden dan maar. De vrije plaatsen waren inmiddels opgevuld. Ik wilde een zijstraat nemen maar nee: eenrichtingsverkeer. Veel te ver van ons strand vandaan vonden we eindelijk een plek. De honden gingen tekeer en sprongen vroegtijdig de auto uit, de straat op. Toen we eindelijk de boel verzameld hadden dacht ik net op tijd aan het parkeergeld. Tussen alle rommel in de vakken van de tas grabbelend kon ik nauwelijks munten vinden. “Godver…”, vloekte ik, inmiddels flink chagrijnig en vloeken doe ik normaal alleen in mijn slaap. Oeps, hou je in, je neefje is erbij, wel het goede voorbeeld geven. Na met moeite een handvol munten gevonden te hebben liep ik naar de automaat, Harry en Rico achterlatend. Ik moest 7,50 betalen, gooide alles erin, en kwam op 7,40. Shit. Harry keek mijn kant niet op, hoe hard ik ook zwaaide. Dus moest ik ook nog gaan gillen als een viswijf. “Hrry! Hr! Hrry!” Gelukkig, hij kwam eraan, maar had geen munten.

De automaat werd ongeduldig en spuugde mijn 7,40 uit. Een vriendelijke parkeerder achter me gaf me een dubbeltje. We konden gaan.

Na een kwartier lopen met een zware tas, koelbox en twee honden arriveerden we op het strand, waar we nog net een zonnescherm en n kapotte ligstoel konden huren.

Terwijl wij ons gingen installeren had Rico zijn T-shirt al uitgegooid en was de zee ingehold, schreeuwend dat wij ook moesten komen. Nee, wij zijn nog lang niet klaar en jij moet ook nog ingesmeerd worden. Hij kwam aangehold, rolde met zijn natte lijf door het zand tot hij gepaneerd was en voorlopig niet in staat om ingesmeerd te worden.

Hoewel Rico al negen jaar is en niet in zeven sloten tegelijk loopt, is hij Alle Dagen Heel Druk dus we moesten wel voorzorgsmaatregelen nemen. Thuis had ik nog aan Harry gevraagd of hij onze mobiele nummers op Rico’s arm wilde schrijven. Dat was niet gebeurd, maar omdat ik had gezien dat hij een handvol pennen in de tas had gegooid, had ik het niet gecontroleerd. Het bleken allemaal fijnschrijvers en n stift. Niet bruikbaar leek me, maar volgens Harry zou de stift moeten werken. Terwijl ik het probeerde holde Nikki, die met de riem, meer een scherp touw, aan de stoel vastzat we durfden haar niet los te laten – een rondje. “Au!” riep ik, want de riem sneed in mijn been. Harry en ik kibbelden in de tussentijd over het al dan niet afgesproken te hebben dat hij thuis de nummers al zou opschrijven. “Au!” De riem strak om mijn enkel. “Au!” Ditmaal Harry. “Rico, stil blijven staan!” De stift was uitgeschoten, het nummer onleesbaar. “Kan niet. Nikki’s riem zit om mijn benen. Au!” We lieten Nikki maar los. “Er zit zand op mijn handdoek,” klaagde Harry. Rico wiebelde en het tweede nummer schoot uit. Harry: “Er zit zand in mijn schoenen.” De irritatiegrens was bereikt. “Ja Harry, we zijn op het strand, overal is zand.”

Ik vroeg Rico even naast me te komen zitten en vertelde hem hoe hij onze plek terug kon vinden, en dat hij het moest zeggen als hij wegging. Of hij deze afspraken even kon herhalen? “Vlakbij strandhuis, Ola zonnescherm met blauw shirtje, zeggen als ik wegga,” somde hij braaf op. Een minuut later was hij weg, zonder het gezegd te hebben. Bezorgd keken we rond, en gelukkig kwam hij weer aangestuiterd.

De honden hadden gegraven en het zand in de drinkbak gegooid. Harry ging nieuw water halen. Het zonnescherm en de opblaasband waaiden weg. Het scherm ging rakelings langs nietsvermoedende hoofden voordat Rico en ik het, vlak voordat het in het water belandde, te pakken hadden. Ik smeerde Rico in, die inmiddels druk was met de gameboy. “Hoofd omhoog. Ik moet je hals insmeren.” “Hoeft niet.” “Jawel. Je moeder vermoordt me als ik je verbrand terugbreng.” “Geeft niet. Ik kom wel op je begrafenis.”

We aten een broodje met zand. Eindelijk had ik tijd om mijn kleren uit te doen. Hmmm. Sinds ik mijn bikini, vandaag voor het eerst in gebruik, vorig jaar aanschafte, ben ik dikker geworden. Op alle fronten, zeg maar. En de stof viel wat slap, dus voelde ik me weinig op mijn gemak, bang dat de inhoud uit het topje zou floepen. We gingen zwemmen. Het water was vies en stonk. Onder de groene drab kwamen we weer uit het water, met nog meer drab in broekje en topje, die inmiddels nog verder uitgelubberd was.

“Zullen we gaan?” vroeg Rico. We dronken nog wat op een terras, in de zinderende hitte achter glas, temidden van een vliegenplaag, en wisten niet hoe snel we daar weer weg moesten komen. Terug naar de auto, het hele stuk met zware spullen en twee onwillige honden. Rico kreeg een bloedneus.

We stapten in de auto en verdwaalden. In Leiden waren we zo druk met het kijken naar de borden, dat ik pas merkte dat ik te hard reed toen we een flitspaal passeerden.

Het blije hoogtepunt van de dag was het bezoek aan McDonalds, ondanks de wachtrij van een half uur.

Toen we Rico thuis afzetten nam ik onmiddellijk een douche. Rico sprong in het zwembadje in de tuin. Veel fijner dan de zee, verkondigde hij.

Voordat we vertrokken vroeg ik hem wat hij nou het leukste van de dag had gevonden, in de verwachting dat dat McDonalds zou zijn. Rico dacht even na, en zijn gezicht klaarde op terwijl hij riep: “Toen het zonnescherm wegwaaide! Dat was gaaf!” Gelukkig. Toch nog iemand die ervan genoten had.

Over de schrijver
Hoi ik ben Lize en ik ben het gezicht achter VriendinnenOnline. Het concept is opgezet voor vrouwen om laagdrempelig nieuwe vriendinnen te leren kennen. Ik schrijf en spreek veel over het onderwerp ‘vriendschappen’, een prachtig thema dat ik graag onder de aandacht breng!
Reactie plaatsen

Zoek jij nieuwe vriendinnen bij jou in de buurt?